Onredelijk geluidsoverlast in een appartementencomplex

Buren, de meeste van u zullen deze wel hebben. Soms blijft het niet alleen bij buren links en/of rechts, maar ook boven en onder zoals in een appartementencomplex. We hebben allemaal wel wat te dulden van onze buren, maar geluidsoverlast van uw buren kan erg vervelend zijn.

Op grond van het Burgerlijk Wetboek is het mogelijk dat een gebouw in meerdere appartementsrechten is gesplitst. Splitsing van een gebouw geschiedt bij notariële akte. In de splitsingsakte is onder andere een nauwkeurige beschrijving opgenomen van de gedeelten die bestemd zijn om als privé gedeelten te worden gebruikt en een beschrijving van de gemeenschappelijke gedeelten. Daarnaast bevat de splitsingsakte een (model)reglement waarin bepalingen zijn opgenomen over onder andere het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de kosten die voor rekening van de gezamenlijke appartementseigenaren komen.

Veelal is in het (model)reglement ook bepaald dat de eigenaren of gebruikers geen onredelijke geluidshinder mogen veroorzaken. Onredelijk geluidshinder is een subjectief begrip en de vraag is dan ook wanneer is geluidshinder onredelijk? In november 2016 heeft de rechtbank Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2016:9249) overwogen dat geluidshinder objectiveerbaar dient te zijn en dat objectief vastgesteld moet worden of geluidshinder onredelijk is of niet. In beginsel betekent dat, dat degene die zich op onredelijke geluidshinder beroept, bij voorkeur beschikt over een objectieve bron. Hierbij dient men te denken aan bijvoorbeeld rapporten van de politie.

Het ging in deze zaak om een appartementencomplex met veelal bewoners van 65 jaar of ouder en een gezin met twee puberende kinderen van 14 en 17 jaar. In het splitsingsreglement zijn regels opgenomen over het vermijden van geluidsoverlast. Indien deze regels worden overtreden, kan het bestuur van de Vereniging van Eigenaren (VvE) een boete opleggen. De oudere bewoners hebben meerdere malen geklaagd bij het bestuur van de VvE over het gedrag van de kinderen, zoals het draaien van harde muziek en het veroorzaken van storende geluiden bij het komen en gaan van bezoekers van het appartement. Het bestuur heeft vervolgens een boete opgelegd. Uit de stukken van deze zaak is gebleken dat de politie drie keer is ingeschakeld door leden van de VvE, maar niet is gebleken dat op grond daarvan onredelijke geluidshinder objectief is waargenomen of vastgesteld. Om deze reden is de kantonrechter in het vervolg van de procedure dan ook uitgegaan van enerzijds de klachten van de bewoners en anderzijds de interpretatie van de klachten door het gezin. Nu niet objectief is gebleken dat sprake was van onredelijke geluidshinder door het gezin, is naar het oordeel van de kantonrechter de boete onterecht opgelegd.

Uit het voorgaande kan de conclusie worden getrokken dat het een VvE aan te raden is om een goed en onderbouwd dossier op te bouwen wanneer bewoners klagen over geluidshinder of ander overlast veroorzaakt door andere bewoners. Dat dossier zal in ieder geval objectieve bronnen moeten bevatten waaruit blijkt dat sprake is geweest van onredelijke hinder, zodat het VvE bestuur met succes kan optreden tegen de veroorzaker van het onredelijke hinder en een boete kan opleggen als het splitsingsreglement in deze mogelijkheid voorziet.

AVC Advocaten, Mr. J. Drijftholt
www.avcadvocaten.nl | 020 – 210 33 70